De Focusnota 2012-2013 ligt voor ons. De tweede keer in de geschiedenis van de Stede Broecse politiek. Het is het sluitstuk van de financiële en beleidsmatige cyclus rond de begroting.
In de Focusnota worden de beleidsmatige keuzes en de financiële mogelijkheden en gevolgen daarvan duidelijk. Inhoudelijke beleidsmatige en financiële kaders zijn daarin onlosmakelijk met elkaar verbonden en beperken elkaar. Je kunt dan ook niet zegen dat je eerst het beleid moet bedenken en daarna de financiële kaders moet stellen. Het een kan niet zonder het ander en ze moeten dus voortdurende naast elkaar gezet worden en tegen elkaar afgewogen. We kunnen zeker in deze krappe tijd niet allerlei grote idealen nastreven zonder de geldelijke component nauwlettend in de gaten te houden. Daarom moet voor de mogelijkheden van eventueel nieuw beleid en vernieuwing van bestaand beleid soms ook eerst geld getrokken worden om dat beleid handen en voeten te kunnen geven, kaders vast te stellen; onderzoek dus.
Over de keuzes die gemaakt zijn in deze Focusnota kunnen we vaststellen dat we blij zijn te zien dat met name de sociale cohesie een belangrijk uitgangspunt geweest is bij de bezuinigingen en de diverse projecten.
Voordat ik de diverse programmapunten de revue laat passeren, is een compliment aan de opstellers van dit stuk op zijn plaats. Het geheel is duidelijk en goed leesbaar en vooral in zijn algemeenheid begrijpelijk voor iedereen, hoewel het ook een technisch verhaal is.
Ik zal nu ingaan op de diverse onderdelen in de volgorde zoals die in de Focusnota staan.
Over SED en Desom is in de vorige raadsvergadering al gesproken; het moge genoegzaam bekend zijn dat ODDS deze samenwerkingsverbanden toejuicht, gezien al wat op ons afkomt.
Het jaartal 2012 in de titel van dit stuk verwijst naar de najaarsrapportage 2012. Voor zover daar opmerkingen over gedaan moeten worden en vragen gesteld, zijn die gemaakt in de diverse commissies. ODS kan zich vinden in de afwikkeling en de stand van zaken m.b.t. de lopende begroting.
Dan de portefeuille van burgemeester Goldschmeding:
Eerst algemeen -en ik haal graag mijn collega Visser in Cie. B en B aan: Moet je alles wat mogelijk is doen om veiligheidsproblemen op te lossen? Doe je niet alles, dan ben je schuldig dat het misgaat. We hadden de verzorgingsstaat en we zijn ondertussen druk bezig de veiligheidsstaat op te richten. Veiligheid als obsessie dient zich aan. Er gaan al miljarden in om. Veiligheid is onverzadigbaar. Helpen al die maatregelen?
Het antwoord is dan: soms, of misschien. Maar meestal is het antwoord: we kunnen niet vaststellen of het helpt. Maar we hopen het wel. Waar vervolgens bij nader inzien maar al te vaak blijkt dat de maatregel helemaal niet helpt. . ODS ziet het inzetten van BOA’s als symboolpolitiek en wil ze dan niet inzetten in Stede Broec. In ieder geval niet voor de taken zoals die verwoord zijn in paragraaf 4.2. ODS verwijst in dit kader graag naar de uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de hervorming bij de politie tot Nationale Politie:
*meer inzet op straat dan voordien (dus per saldo meer en langer blauw);
* per elke 5000 inwoners een wijkagent, dat is ook minimaal behoud van de huidige inzet; *en ook blijft overleg met de plaatselijk overheid over inzet in stand.
Ingaand op de zaken waarvoor een BOA ingezet zou kunnen worden, wil ik het volgende kwijt: Er bestaat er in Stede Broec hoegenaamd geen parkeeroverlast en de jeugdoverlast is beperkt – en ik roep u op om de geschiedenis te bestuderen -; enige overlast is van alle tijden evenals het verontrust regeren daarop, zie de oude Romeinen – wat ons natuurlijk wel alert moet houden. De jeugdoverlast is juist de afgelopen jaren juist mede dankzij de jongerenwerker en de JOP verminderd. Daarnaast moeten evenementen voor hun eigen beveiliging zorgen en is de horecaoverlast bij ons beperkt. Ik zal daar bij het onderdeel Drank- en Horecawet nog iets over zeggen.
Ook gelooft ODS niet dat de inzet van €50.000,- voor twee mensen voor totaal acht uur per week effectief zal zijn tegen snelvarende boten, hoewel de ergernis daarover ons niet vreemd is.
BOA’s inzetten tegen hondenpoep lijkt ons helemaal een gotspe. We vinden dat in hoge mate een particuliere ergernis die al aardig opgelost wordt als mensen elkaar er gewoon op aanspreken. En ik wijs hier op de eigen verantwoordelijkheid van de burger. In ieder geval is het niet de inzet van zo’n hoog bedrag aan gemeenschapsgeld waard. Daar kunnen heel wat sociaal-culturele zaken mee gefinancierd worden, die een heel wat positiever bijdrage leveren aan onze gemeenschap.
Tenslotte wil ik graag toevoegen dat Stede Broec hoog scoort in de Veiligheidsmonitor.
Wij zullen dan ook samen met Pvda/GL en het CDA een amendement indienen waarmee deze uitgave uit de Focusnota verdwijnt en het geld terugkomt in incidenteel onvoorzien.
Wij willen niet dat ons een angstcultuur wordt aangepraat.
De nieuwe Drank- en horecawet gaat op 1 januari in. Het is een nieuwe taak waarvan de rijksoverheid zegt dat die beter door gemeenten uitgevoerd kan worden. Daar is wel wat voor te zeggen: de gemeente staat veel dichter bij wat er allemaal gaande is op horecagebied, daarbij moeten we niet alleen aan de traditionele cafés denken maar ook, en van een kant misschien juist, aan de dorpshuizen in alle soorten en maten. Mogelijk heeft u het afgelopen weekend het VNG-blad gelezen. Daarin staat wat wij van ODS ook vinden, namelijk dat dit bij uitstek een onderwerp is dat je in samenwerking met de “buren” kunt oppakken.
*Het nieuwe onderwerp buuurtbemiddeling vindt ODS een goed en zinvol aspect in deze tijd waarin de sociale cohesie zo belangrijk geacht wordt en ook is.
*Uiteraard is ook ODS ervan overtuigd dat onze raadzaal opgeknapt en gemoderniseerd moet worden en vindt dat het best goed mag, maar dan wel met gepaste zuinigheid en vooral efficiëntie in gedachten.
In de portefeuille van wethouder Groot zien we aantal belangrijke taken die op de gemeente afkomen en al afgekomen zijn. De ontwikkelingen rond de AWBZ zijn daar een voorbeeld van. Ook hier worden de zaken goed aangepakt, zoals dat bij alle onderdelen van de Wmo gebeurd is. Ga zo door.
*De transitie jeugdzorg vraagt extra aandacht ook nu via Centrum Jeugd en gezin en de Jeugdgezondheidszorg. In toenemende mate moet de gemeente daarin beleid maken. De jeugd is te belangrijk, zij is onze toekomst.
*Wat de dorpshuizen en de sociaal-culturele voorzieningen betreft wil de portefeuillehouder €10.000 om eenduidig en goed beleid op te zetten dat recht doet aan de functie en het doel van al onze dorshuizen en culturele instellingen in hun heel specifieke situaties. De raad van Stede Broec heeft eerder al besloten tot ‘een dorpshuis in elke kern’ met daarbij een Sociaal Cultureel Centrum in het Postkantoor ten behoeve van heel Stede Broec. Deze doelstelling is inmiddels gerealiseerd. Daarnaast hebben we in de gemeente het jongerencentrum Inventas. De praktijk laat zien dat de dorpshuizen en centra goed, maar ook heel verschillend draaien. Dit komt omdat elke accommodatie op een andere leest is geschoeid. Het ene gebouw is particulier bezit, het andere pand is eigendom van de gemeente. Ook de doelgroepen zijn verschillend. Dit maakt het in de praktijk lastig om een eenduidige manier van beleid te voeren. Daarnaast is er de permanente discussie met de besturen over wat wel en niet mag, wat wel en niet gewenst is, wat de behoeften van de gebruikers zijn. Ook is er onduidelijkheid over de term ‘commercieel’. Wat verstaan we daar nu onder? Daarbij komt nog de veranderende wetgeving op het gebied van de drank- en horecawet. Wat zullen daarvan de gevolgen zijn voor de dorpshuizen?
Het is goed als een deskundige op het gebied van dorpshuizenbeleid dit alles integraal zou oppakken. Deze persoon kan in kaart brengen wat de problemen zijn en welke oplossingen passend hiervoor kunnen zijn. Dit kan vastgelegd worden in een voorstel dat aan de Raad kan worden voorgelegd zodat de Raad de kaders verder kan vaststellen. Uiteraard zal een vorm van burgerparticipatie toegepast moeten worden om tot een gedragen voorstel te komen.
Binnen het ambtelijk apparaat ontbreekt het nu aan voldoende ambtelijke capaciteit om dit op een gedegen manier op te pakken. Het bedrag dat gevraagd wordt dient om gesprekken te voeren met zo veel mogelijk betrokkenen, zaken in kaart te brengen, wettelijke mogelijkheden mee te nemen en een kort maar gedegen voorstel te schrijven.
*Tenslotte zijn we blij dat de reddingsbrigade en de kanoclub op relatief korte termijn onder dak zullen zijn.
Dan de portefeuille van wethouder Nootebos:
Belangrijk is voor ODS dat het klimaat en de duurzaamheid een prominente rol moeten blijven spelen. Het doet ons leed te lezen dat Nederland internationaal gezien een ontwikkelingsland is geworden op dit gebied. Laten wij in Stede Broec wel ons verstand blijven gebruiken en ons realiseren dat we maar één klimaat, één wereld hebben en dat we daar zorg voor moeten dragen. Als we jeugdbeleid hebben moeten we ook duurzaamheidbeleid voeren. We zullen dan ook niet het mogelijke amendement van de VVD gaan steunen.
Op het gebied van monumentenbeleid begrijpt ODS dat je niet monumentale panden kunt blijven aanwijzen en geen geld beschikbaar stellen in de vorm van subsidies voor eigenaren. Toch blijft er nog steeds werk aan de winkel. Niet elke uitspraak kost geld. In dat kader staan we ook inhoudelijk positief tegenover een verzoek van het kerkbestuur van de hervormde kerk van Grootebroek. Financieel zien we hier en nu niet direct mogelijkheden. We houden ons bereid om hierin ver mee te zoeken naar een oplossing.
Wat de molen Ceres betreft zijn we benieuwd wat de CIE GGZ volgende week voor doorzicht geeft naar de toekomst.
De portefeuille van Wethouder Zwaan tenslotte: het waterplan met al zijn facetten is uiteindelijk in volle gang en ook het baggerplan is in uitvoering.
ODS is voorstander van samenwerken op het gebied van recreatie. We doen dat al jaren in het recreatieschap Westfriesland. Deelname aan projecten als de West Friese waterweken, de fietsvierdaagse en de Open dag waterrecreatie en ook de projecten rond de Omringdijk vinden we belangrijk. Al deze projecten waren de afgelopen jaren succesvol. Ze droegen en dragen bij aan onze economische en recreatieve positie. Het zou jammer zijn als deze projecten door besluitvorming in andere gemeenten geen doorgang meer zouden vinden. Wij zijn vóór.
Als laatste nog een opmerking over het meerjarenperspectief aansluitend op de septembercirculaire en deze Focusnota.
We zullen in Stede Broec moeten kiezen voor een sober beleid waarbij we met name de minst draagkrachtigen in het vizier moeten houden. We houden ons voor dat het eens op financieel gebied weer wat gemakkelijker worden zal.