Tijdens de afgelopen raadsvergadering heeft ODS voor de derde keer vragen gesteld over de problemen bij de muziekschool. Voor de derde keer kon de wethouder ons niets vertellen.
Afgelopen december was er volgens de wethouder nog niets aan de hand, ook al hadden de docenten toen al contact met de wethouder opgenomen om hun zorgen over het toenmalige bestuur te uiten. Dat bestuur bestond namelijk maar uit één persoon, meneer Boef.
Vervolgens vroegen we hem tijdens de laatste commissievergadering nogmaals wat er aan de hand was bij de muziekschool.
Wij hadden zeer zorgwekkende berichten gehoord van een kandidaatsbestuur voor de muziekschool, dat door de docenten was samengesteld. Docenten zouden zijn geïntimideerd door meneer Boef, en er werd buiten de CAO om een loonsverlaging doorheen gedrukt.
Wij wilden daarom dat de wethouder zou bemiddelen tussen Boef, en het kandidaatsbestuur. Ditmaal verschool de wethouder zich achter zijn formele taakstelling. Hij mocht zich niet mengen in een intern conflict in een stichting. Volgens de wethouder was hij geen partij.
Hoewel hij technisch gelijk heeft, is het natuurlijk onzin dat de gemeente geen partij is. De gemeente verstrekt per jaar meer dan tweehonderdduizend euro subsidie aan de muziekschool. De wethouder is er toch verantwoordelijkheid voor dat dit goed besteed wordt? Vreemd genoeg riep ons verhaal over de misstanden bij de muziekschool ook geen vragen op bij de andere commissieleden. De enige kritiek was juist op óns. Wij hadden ons gebaseerd op bronnen die niet iedereen kon inzien, en we hadden geen hoor en wederhoor toegepast. Uiteindelijk werd onze oproep tot bemiddeling genegeerd door de wethouder.
Een paar dagen na deze vergadering stapte meneer Boef op, zonder een vervanger aan te wijzen. De bestuurscrisis is hierdoor nog dieper geworden. Het aanwijzen van een nieuw bestuur zou zes maanden duren en er zou een stap naar de rechter voor moeten worden gemaakt.
Pas na het aftreden van Boef bood de gemeente aan te bemiddelen in het conflict. Tijdens de afgelopen raadsvergadering vroegen we de wethouder waarom er nu ineens wel wordt bemiddeld, en waarom dit niet veel eerder had gekund. Bovendien wilden we weten hoe het mogelijk was dat Boef wel, zonder tussenkomst van de rechter, kon aantreden als bestuurslid, terwijl het bestuur vóór hem ook al maanden weg was. Op deze laatste vraag antwoordde de wethouder dat de stukken hierover vertrouwelijk waren. Hij kon hier daarom niets over zeggen.
De wanvertoning was compleet door het feit dat de andere raadsleden wederom weigerden kritische vragen aan de wethouder te stellen. De enige die iets zei was meneer Krijger van de VVD, die juist zijn bewondering uitte voor de manier waarop de wethouder met de kwestie was omgegaan. Wij van ODS zullen ons blijven inzetten voor de muziekschool, en voor alle burgers van Stede Broec, want aan de coalitiepartijen zal de burger de komende drie jaar weinig hebben.